Doen is net zo zeer een vorm van theologie als denken. Daarom organiseerde Missie St. Paulus, de commissie die internationaal diaconaat en missionaire samenwerking coördineert, een avond over diaconaat in de summer school in oud-katholieke theologie. Gastvrij ontvangen in de Utrechtse pastorie ging een aantal sprekers in op dit thema, waarbij een bijzondere deelnemer de directeur van Utrecht Summer School, Bettina Nelemans was.
Marjolijn Runhaar-Kool, voorzitter van Missie St. Paulus, onderstreepte hoe het werk van deze commissie zich sterk richt op het onderhouden en ontwikkelen van relaties. Een groot financieel verschil kan een kleine organisatie niet maken, maar het kan wel vormen van verbondenheid onderhouden. Dit is van belang voor partners elders in de wereld en voor de eigen kerk: je wordt erdoor uit je eigen bubbel gehaald en in contact gebracht met, bijvoorbeeld, opvang voor vrouwelijke gastarbeiders in Hong Kong, of een verwoest Anglicaans ziekenhuis in Gaza. Belangrijk is ook dat de inzet en het commitment van deze partners ook iets van inspiratie overbrengen, waardoor relaties gelijkwaardiger kunnen worden dan de relatie tussen een schenker en ontvanger alleen.
Een eerste internationale stem die aan het woord kwam, was die van Pehr-Albin Edén, een in Zwitserland werkzame priester van de Kerk van Zweden. De Zweedse kerk kent een groot diaconaal engagement en heeft diakenen die met een eigen soort opleiding zich helemaal aan sociaal-diaconaal werk kunnen wijden. Hierbij is de kerk meer dan een verlener van maatschappelijke diensten, maar brengt ook een profetische stem in door het lot van kwetsbare mensen die over het hoofd gezien worden voor het voetlicht te brengen.
De bijdrage van Fr. Jun Niño, priester van de Iglesia Filipina Independiente, sloot hierbij aan. Hij onderstreepte dat zijn kerk een kerk voor God en voor de mensen wil zijn, wat al een eeuw tot een grote diaconale inzet leidt. Ook hierbij gaan hulp en protest hand in hand, waarvoor de kerk een soms hoge prijs betaalt, onder meer vanwege bedreigingen en zelfs het vermoorden van medewerkers en geestelijken, zoals bisschop Alberto Ramento in 2006. Een concreet voorbeeld van een project is Eskulayan dat scholing biedt aan kinderen van de allerarmsten in Manila en daarmee helpt een uitweg te vinden uit een leven van voddenpikken op de vuilnisbelt.
De Mar Thoma Syrische kerk kent een diaconaal leven dat heel rijk en divers is, vertelde Abel Abey, aangevuld door Johnson John, beide deelnemers aan de summerschool uit deze traditie. Ook in deze bijdrage bleek dat hoe een kerk zich diaconaal inzet van context tot context verschilt, zo speelt het in India een grote rol dat christelijke organisaties het leven vaak erg lastig gemaakt wordt. Dit is nog meer zo wanneer ze zich om ‘kastelozen’ bekommeren, mensen die net zo hard hulp nodig hebben als ze sociaal gemarginaliseerd worden. Bijzondere aanleiding voor gesprek gaven de uitvoeringen over de inzet van de Mar Thoma kerk voor mensen van het derde geslacht (hijara – iets anders dan wat in Nederland onder ‘transgender’ verstaan wordt) die ook een uitermate kwetsbaar bestaan leiden.
De vier inleidingen gaven aanleiding tot een geanimeerd gesprek, waarin de deelnemers elkaar vonden in een gedeelde passie voor, naast het denken, het doen van de kerk, en inspiratie opdeden aan de hand van het getuigenis uit andere tradities over diaconaal werk.